VERENIGING DORPSRAAD ALVERNA E.O.
Heden, * tweeduizend twintig, verscheen voor mij, Mr. *,
notaris te Wijchen:
1. de heer
REMIGIUS FRANCISCUS ALPHONSUS ARENDS
2. de heer
WILHELMUS THEODORUS MARIA WENNEKES
3. de heer
HASSE HENDRICUS WILHELMUS GERARDUS STAPELBROEK
4. de heer
GUUS REICHGELT
5. de heer
JOHANNES PETRUS CORNELIS PETERS
6. de heer
JOHANNES HUIJSSOON
7. de heer
SJAAK VAN DER VLIST
hierna samen te
noemen: ‘de oprichters’.
VOLMACHT
De volmacht is als bijlage aan deze akte vastgemaakt. De
verschenen persoon, handelend als gemeld, heeft mij, notaris, het volgende
verklaard:
OPRICHTING VERENIGING
De oprichters verklaren een vereniging op te richten en
daarvoor de volgende statuten vast te stellen.
STATUTEN
Artikel 1 – Naam en zetel
1. De vereniging draagt de naam: Vereniging Dorpsraad
Alverna e.o.
2. De vereniging is gevestigd in de gemeente Wijchen.
Artikel 2 – Doel
1. De
vereniging heeft als doel: de vereniging zet zich in voor de gezamenlijke
belangen van bewoners van Alverna en omstreken (bestaande uit: kern Alverna,
Lunen-Boskant, Hieveld-Bullenkamp, Berendonck-Hoogbroek) waar men woont of een
bedrijf uitoefent, met als doel de leefbaarheid in stand te houden en te
bevorderen en het verrichten van al wat hiermee verband houdt of daartoe
bevorderlijk kan zijn.
2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken
door:
·
regelmatig overleg met alle
organisaties/instellingen/verenigingen in Alverna e.o.;
·
het organiseren van inspraak- en overleg met
alle inwoners van Alverna e.o.;
·
het regelmatig informeren van alle inwoners van
Alverna e.o.;
·
het instellen van werkgroepen op specifieke
onderwerpen;
·
bij te houden wat de dorpsontwikkelingen zijn;
·
het ondersteunen van initiatieven van andere
organisaties in de lijn van de doelstellingen van de vereniging;
·
het inventariseren van de behoeften van de
bewoners;
·
vertegenwoordiging van bewoners in bespreking
met overheden bij het verbeteren van de leefbaarheid van buurt- en of groepen
mensen.
3. De vereniging behartigt geen belangen van individuen.
Artikel 3 – Lidmaatschap
1. Lid van de vereniging kunnen zijn:
a.
natuurlijke personen en rechtspersonen, die het
doel en de statuten van de vereniging onderschrijven en daadwerkelijk willen
meewerken aan de verenigingsactiviteiten;
b.
samenwerkingsverbanden zonder
rechtspersoonlijkheid (maatschappen, vennootschappen onder firma, commanditaire
vennootschappen, openbare vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid) . Het
lidmaatschap van een dergelijk samenwerkingsverband betekent het lidmaatschap
van de gezamenlijke vennoten. Het samenwerkingsverband wordt daarbij beschouwd
als één lid. De lidmaatschapsrechten van het samenwerkingsverband kunnen alleen
worden uitgeoefend door een vennoot die bestuursbevoegdheid heeft. De vennoten
van het samenwerkingsverband wijzen een van hen aan als de vennoot die namens
het samenwerkingsverband de lidmaatschapsrechten zal uitoefenen.
2. Het
lidmaatschap is persoonlijk en niet overdraagbaar. Als het lid (rechtspersoon)
betrokken is bij een fusie of splitsing en daardoor ophoudt te bestaan, gaat
het lidmaatschap niet over op de verkrijgende rechtspersoon of de rechtspersoon
die op grond van de beschrijving bij splitsing daartoe is aangewezen.
3. Leden zijn zij die zich als lid bij het
bestuur hebben aangemeld en door het bestuur als zodanig tot de vereniging zijn
toegelaten. Bij niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering
alsnog tot toelating besluiten. De algemene vergadering kan haar bevoegdheden
hiertoe delegeren aan een door haar ingestelde commissie.
4. De
algemene vergadering kan een lid, op grond van zijn bijzondere verdiensten voor
de vereniging, tot erelid benoemen. Een erelid heeft dezelfde rechten en
plichten als een gewoon lid. Een erelid heeft echter geen contributieplicht.
5. De
secretaris van het bestuur houdt een ledenregister bij, waarin de namen en
adressen van alle leden zijn opgenomen. Als een lid heeft ingestemd met de
oproeping tot een algemene vergadering door middel van communicatie langs
elektronische weg, wordt het adres dat door het lid voor dit doel is bekend
gemaakt, in het ledenregister opgenomen.
6. Een lid
kan door het bestuur voor een periode van ten hoogste drie maanden worden
geschorst als een lid in strijd handelt met de statuten, reglementen of
besluiten van de vereniging, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
Gedurende deze periode van schorsing kan het lid zijn lidmaatschapsrechten niet
uitoefenen. Zijn lidmaatschapsverplichtingen blijven bestaan.
7. Binnen één
maand nadat het lid van het besluit tot schorsing in kennis is gesteld, kan dat
lid tegen dat besluit in hoger beroep gaan bij de algemene vergadering en daar
verweer voeren. Het bestuur is verplicht hiertoe de algemene vergadering bijeen
te roepen binnen vier weken na ontvangst van het beroepschrift. Gedurende de
beroepstermijn en hangende het beroep blijft het lid geschorst.
Artikel 4 – Einde lidmaatschap
1. Het lidmaatschap eindigt door:
a. het overlijden van het lid;
b. opzegging door het lid;
c. opzegging door de vereniging;
d. ontzetting;
e. verhuizing uit Alverna e.o.
2. Opzegging van het lidmaatschap kan:
a. door het
lid alleen plaatsvinden tegen het einde van een boekjaar, op voorwaarde dat dit
schriftelijk en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste een
maand gebeurt.
b. met
onmiddellijke ingang als redelijkerwijs van het lid niet gevergd kan worden het
lidmaatschap te laten voortduren. De contributie voor het lopende jaar blijft
het lid verschuldigd. Te late opzegging heeft tot gevolg dat het lidmaatschap -
met inbegrip van de daaraan verbonden verplichtingen - pas eindigt aan het eind
van het volgende boekjaar, tenzij het bestuur op grond van bijzondere
omstandigheden anders besluit.
c. met
onmiddellijke ingang binnen een maand nadat een besluit waarbij zijn rechten
zijn beperkt of zijn verplichtingen zijn verzwaard, hem bekend is geworden of
is medegedeeld; het besluit is dan niet op hem van toepassing.
d. met
onmiddellijke ingang binnen een maand nadat hem een besluit tot omzetting van
de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing is
meegedeeld. In dat geval blijft hij de oorspronkelijk voor dat jaar
vastgestelde contributie verschuldigd.
3. Opzegging
van het lidmaatschap van de vereniging vindt plaats door het bestuur, door
middel van een schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de
reden(en) van opzegging.
Opzegging is mogelijk:
·
als een lid niet meer voldoet aan de statutaire
vereisten voor het lidmaatschap;
·
als een lid - ondanks schriftelijke aanmaning -
zijn verplichtingen ten opzichte van de vereniging niet nakomt;
·
wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet
gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
Bij het opzeggingsbesluit wordt ook de datum van beëindiging
van het lidmaatschap vastgesteld. De contributie voor het lopende jaar blijft
verschuldigd.
4. Ontzetting
uit het lidmaatschap vindt plaats door het bestuur, door middel van een
schriftelijk bericht aan het lid, met vermelding van de reden(en) van de
ontzetting. Ontzetting is alleen mogelijk als een lid in strijd handelt of
heeft gehandeld met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging, of
de vereniging op onredelijke wijze benadeelt of heeft benadeeld. De ontzetting
gaat onmiddellijk in. De contributie voor het lopende jaar blijft verschuldigd.
5. Binnen één
maand nadat het lid van het besluit tot opzegging of ontzetting in kennis is
gesteld, kan dat lid tegen dat besluit in beroep gaan bij de algemene
vergadering en daar verweer voeren. Het bestuur is verplicht hiertoe de
algemene vergadering bijeen te roepen binnen vier weken na ontvangst van het
beroepschrift. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid
waarvan het lidmaatschap is opgezegd, geschorst.
6. Aan de eis
van schriftelijkheid van een opzegging of een bericht van ontzetting wordt niet
voldaan als de opzegging of het bericht van ontzetting uitsluitend elektronisch
is gecommuniceerd.
Artikel 5 – Aspirant-leden
1. De
algemene vergadering kan besluiten tot het instellen van het aspirant-lidmaatschap.
Aspirant-leden zijn geen lid, hebben geen stemrecht, maar kunnen wel deelnemen
aan activiteiten van de vereniging. Er kunnen verschillende categorieën
aspirant-leden zijn. Aspirant-leden hebben alleen toegang tot de algemene
vergadering als die vergadering dat besluit. Zij hebben daar geen stemrecht.
2. De in deze
statuten voor leden getroffen regelingen over toelating, opzegging en
ontzetting met de gevolgen daarvan, zijn zoveel mogelijk ook van toepassing op
de aspirant-leden.
3. De aan het
aspirant-lidmaatschap verbonden financiële bijdrage per boekjaar, wordt door de
algemene vergadering vastgesteld. De bijdrage kan per categorie verschillen,
afhankelijk van de activiteiten die voor het aspirant-lid openstaan.
4. Het
bestuur houdt een register bij waarin de namen en adressen van de aspirant-leden
zijn vermeld.
Artikel 6 – Donateurs
1. Donateurs
zijn zij, die door het bestuur als zodanig zijn toegelaten. Er kunnen
verschillende categorieën donateurs zijn. Donateurs zijn gebonden aan de
statuten, reglementen en besluiten van de vereniging. Zij hebben alleen toegang
tot de algemene vergadering als die vergadering dat besluit. Zij hebben daar
geen stemrecht.
2. De in deze
statuten voor leden getroffen regelingen over toelating en opzegging met de
gevolgen daarvan, zijn zoveel mogelijk ook van toepassing op donateurs.
3. De
algemene vergadering stelt het minimumbedrag vast dat, hetzij per boekjaar,
hetzij eenmalig, door een donateur aan de vereniging is verschuldigd. De
minimale bijdrage kan per categorie verschillen.
4. De
secretaris houdt een register bij waarin de namen en adressen van de donateurs
zijn vermeld.
Artikel 7 – Contributie van de leden
1. De leden
betalen een jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte wordt vastgesteld door de
algemene vergadering. De leden kunnen daarbij in categorieën worden ingedeeld
die een verschillende contributie betalen.
2. Het
bestuur is bevoegd om, wegens bijzondere omstandigheden, een lid geheel of
gedeeltelijk ontheffing te verlenen van het betalen van contributie in enig
jaar.
3. De
algemene vergadering kan besluiten dat de jaarlijkse contributie in gedeelten
kan worden betaald en kan daaraan voorwaarden verbinden.
Artikel 8 – Bestuur: samenstelling en benoeming
1. Samenstelling
a.
De vereniging wordt bestuurd door een bestuur
dat bestaat uit ten minste drie natuurlijke personen.
b.
De algemene vergadering stelt het aantal
bestuursleden vast.
c.
Het bestuur heeft een voorzitter, secretaris en
penningmeester.
d.
Het bestuur voorziet zelf in de verdeling van de
functies, tenzij de algemene vergadering zich het recht voorbehoudt de
voorzitter te benoemen.
e.
De functies van secretaris en penningmeester
kunnen in één persoon worden verenigd. Voor ieder van hen kan het bestuur uit
zijn midden een plaatsvervanger aanwijzen, die bij ontstentenis of belet de
functie vervult van degene voor wie hij als plaatsvervanger is aangewezen.
f.
Een niet-voltallig bestuur behoudt zijn
bevoegdheden.
g.
Het bestuur draagt er zorg voor dat de algemene
vergadering zo spoedig mogelijk in de vacatures kan voorzien.
2. De algemene vergadering benoemt de bestuursleden.
a. Deze
benoeming vindt plaats bij besluit genomen met een meerderheid van ten minste
twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
b. Deze
benoeming vindt plaats uit de leden van de vereniging dan wel uit de
bestuurders van de leden-rechtspersonen van de vereniging, dan wel uit personen
die namens een samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 3 lid 1 de
lidmaatschapsrechten kunnen uitoefenen.
3. De
benoeming van bestuursleden vindt plaats uit een voordracht.
a. Het bestuur
is bevoegd een voordracht op te maken.
b. De
voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de algemene vergadering
meegedeeld. De voordracht is bindend. Aan de voordracht kan evenwel het bindend
karakter worden ontnomen door een besluit van de algemene vergadering, met ten
minste twee derden van de uitgebrachte stemmen genomen.
c. Als de
algemene vergadering het bindend karakter aan de voordracht heeft ontnomen, is
zij vrij in de benoeming. De algemene vergadering is ook vrij in de benoeming
als de voordracht niet uiterlijk bij de oproeping voor de algemene vergadering
door het bestuur is meegedeeld.
4. Bestuurders worden benoemd voor een periode van ten
hoogste vier jaar.
a. Bestuurders
treden af volgens een door het bestuur op te maken rooster. Een volgens rooster
aftredende bestuurder is terstond herbenoembaar. Degene die niet onmiddellijk
herbenoembaar is, kan pas na het verstrijken van een periode van drie jaar na
de afloop van zijn benoemingsperiode weer tot bestuurder worden benoemd.
b. De in een
tussentijdse vacature benoemde bestuurder neemt op het rooster de plaats in van
degene in wiens vacature hij werd benoemd. Wanneer als gevolg hiervan de eerste
benoemingsperiode van de in de vacature benoemde drie jaar is of korter is dan
drie jaar, kan het bestuur bepalen dat deze benoemingsperiode niet in
aanmerking wordt genomen bij de toepassing van onderdeel a van dit lid.
Artikel 9 – Bestuur: einde functie, schorsing
1. Een bestuurslidmaatschap eindigt door:
a.
aftreden van een bestuurslid;
b.
overlijden van een bestuurslid;
c.
ondercuratelestelling van een bestuurslid of
onder bewindstelling van zijn gehele vermogen;
d.
wanneer het bestuurslid niet langer lid is van
de vereniging;
e.
ontslag van het bestuurslid op grond van een
besluit van de algemene vergadering bij besluit genomen met een meerderheid van
ten minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen;
f.
een verklaring van faillissement, een regeling
in het kader van de schuldsaneringsregeling verklaard of surseance van betaling
verkrijgt;
g.
een verhuizing uit Alverna en omstreken; een en
ander met inachtneming van het hierna bepaalde.
2. Een bestuurslid kan te allen tijde door de algemene
vergadering worden geschorst.
Deze schorsing vindt plaats bij
besluit genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde van de
uitgebrachte stemmen. De schorsing beloopt ten hoogste drie maanden en kan door
de algemene vergadering eenmaal met die termijn worden verlengd. Volgt
gedurende de schorsing geen ontslag, dan is de schorsing na het verloop van de
termijn geëindigd. Het bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de
betreffende algemene vergadering te verantwoorden en kan zich daarin door een
raadsman laten bijstaan.
Artikel 10 – Bestuur: bijeenroeping, vergaderingen,
besluitvorming
1. Iedere bestuurder is bevoegd een vergadering van het
bestuur bijeen te roepen.
2. De
bijeenroeping van de vergaderingen van het bestuur vindt schriftelijk plaats,
met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, de dag van
bijeenroeping en die van de vergadering niet meegerekend, onder opgave van de
dag, het aanvangstijdstip en de plaats van de vergadering en van de te
behandelen onderwerpen (agenda). De bestuurder die voor dit doel een adres aan
de vereniging bekend heeft gemaakt, kan tot de vergaderingen van het bestuur
worden opgeroepen door een langs elektronische weg aan dat adres gezonden
leesbaar en reproduceerbaar bericht.
3. De
vergaderingen van het bestuur worden gehouden op de plaats te bepalen door
degene die de vergadering bijeenroept.
4. Als wordt
gehandeld in strijd met een van de bepalingen van de twee vorige leden kan het
bestuur toch rechtsgeldige besluiten nemen, als alle bestuurders in de
vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
5. Een
bestuurder kan aan een andere bestuurder schriftelijk volmacht verlenen om zich
in de vergadering te laten vertegenwoordigen. Een elektronisch vastgelegde
volmacht geldt als een schriftelijke volmacht. Een bestuurder kan alleen één
medebestuurder in de vergadering vertegenwoordigen.
6. In de
vergaderingen van het bestuur heeft iedere bestuurder één stem. Voor zover in
deze statuten geen grotere meerderheid is voorgeschreven, worden de besluiten
door het bestuur genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte
stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
Artikel 11 – Bestuur: leiding van de vergaderingen,
notulen, besluitvorming buiten vergadering
1. De
voorzitter leidt de vergaderingen van het bestuur; bij zijn afwezigheid
voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
2. De
voorzitter van de vergadering bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de
vergaderingen worden gehouden.
3. Het in de
vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter van de vergadering over de
uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een
genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd
voorstel. Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de
voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats,
als de meerderheid van de vergadering of, als de oorspronkelijke stemming niet
hoofdelijk of schriftelijk plaatsvond, een stemgerechtigde aanwezige dit
verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de
oorspronkelijke stemming.
4. Van het
verhandelde in de vergaderingen van het bestuur worden notulen gehouden door de
secretaris of een daartoe door de voorzitter van de vergadering aangewezen
persoon. De notulen worden - nadat zij zijn vastgesteld - door de voorzitter en
de notulist van de vergadering ondertekend.
5. Het
bestuur kan ook op andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen als alle
bestuurders zich schriftelijk vóór het voorstel hebben verklaard. Onder een
schriftelijke verklaring wordt ook begrepen een langs elektronische weg
gezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht, aan het adres dat het bestuur
voor dit doel heeft vastgesteld en aan alle bestuurders bekend heeft gemaakt.
Artikel 12 – Bestuur: taken en bevoegdheden
1. Het
bestuur is belast met het besturen van de vereniging. Iedere bestuurder is
tegenover de vereniging verplicht tot een behoorlijke vervulling van de hem
opgedragen taak. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de
vereniging en van alles met betrekking tot de werkzaamheden van de vereniging,
naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een
administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en
andere gegevensdragers op zodanige wijze
te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de vereniging
kunnen worden gekend. Het bestuur is verplicht de bedoelde boeken, bescheiden
en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
2. Het
bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot
verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, en tot het aangaan
van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk schuldenaar
verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor de
schuld van een derde verbindt. Het bestuur heeft de goedkeuring nodig van de
algemene vergadering voor het besluiten tot het aangaan van overeenkomsten als
hiervoor omschreven. Deze beperking van de bevoegdheid van het bestuur kan aan
derden worden tegengeworpen. Het bestuur is niet bevoegd tot het aanvaarden van
nalatenschappen, tenzij dit plaatsvindt onder het voorrecht van
boedelbeschrijving.
3. De
algemene vergadering kan bij een daartoe strekkend besluit duidelijk te
omschrijven besluiten van het bestuur aan haar goedkeuring onderwerpen. Een
dergelijk besluit van de algemene vergadering wordt onmiddellijk aan het
bestuur medegedeeld. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan tegen en door
derden geen beroep worden gedaan.
Artikel 13 – Vertegenwoordiging
1. Tot
vertegenwoordiging van de vereniging zijn bevoegd: - het gehele bestuur samen;
- twee gezamenlijk handelende bestuurders, van wie ten minste één moet zijn de
voorzitter, de secretaris of de penningmeester. Een individuele bestuurder kan
de vereniging niet vertegenwoordigen, tenzij het bestuur uit één bestuurder
bestaat.
2. De in het
vorig lid van dit artikel opgenomen bevoegdheid van het bestuur en bestuurders
tot vertegenwoordiging van de vereniging bestaat ook als tussen de vereniging
en een of meer bestuurders een tegenstrijdig belang bestaat.
3. Het
bestuur kan besluiten tot het verlenen van incidentele dan wel doorlopende
volmacht aan een of meer bestuurders en/of aan anderen, zowel samen als
afzonderlijk, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te
vertegenwoordigen.
4. In alle
gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer
bestuurders kan de algemene vergadering een of meer personen aanwijzen om de
vereniging te vertegenwoordigen.
Artikel 14 – Verslaggeving en verantwoording
1. Het boekjaar van de vereniging is gelijk aan het
kalenderjaar.
2. Het
bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop - 10-
van het boekjaar, verlenging van deze termijn door de algemene vergadering
uitgezonderd, een bestuursverslag uit over de gang van zaken in de vereniging
en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten
met een toelichting ter goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken
worden ondertekend door de bestuurders. Ontbreekt de ondertekening van een of
meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Als
de vereniging een of meer ondernemingen in stand houdt, die op grond van de wet
in het handelsregister moeten worden ingeschreven, wordt op de staat van baten
en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen vermeld.
3. Het
bestuur legt de jaarstukken ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering.
Wordt over de getrouwheid van deze stukken geen verklaring van een accountant
als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 Burgerlijk Wetboek overgelegd, dan worden
daaraan voorafgaand de jaarstukken gecontroleerd door een door de algemene
vergadering te benoemen controlecommissie van ten minste twee leden die geen
deel mogen uitmaken van het bestuur. Een lid van de controlecommissie kan ten
hoogste twee achtereenvolgende jaren zitting hebben in de controlecommissie.
Het bestuur is verplicht om de controlecommissie inzage te geven in de gehele
boekhouding en de daarop betrekking hebbende bescheiden en om alle door haar
gewenste inlichtingen te verstrekken. Als de commissie dat voor een juiste
vervulling van haar taak noodzakelijk acht, kan zij zich laten bijstaan door
een externe deskundige. De commissie brengt van haar onderzoek verslag uit aan
de algemene vergadering, vergezeld van een advies tot al of niet goedkeuring
van de jaarstukken. Nadat de jaarstukken zijn goedgekeurd door de algemene
vergadering wordt het voorstel gedaan om kwijting te verlenen aan het bestuur
voor de door hem daarmee afgelegde rekening en verantwoording.
4. In een
vergadering te houden vóór de afloop van het boekjaar stelt het bestuur een
begroting van de baten en lasten van het volgende boekjaar vast. De begroting
wordt opgemaakt door de penningmeester en aan alle bestuurders gezonden
uiterlijk in de voorlaatste maand van het boekjaar voorafgaand aan het boekjaar
waarop de begroting betrekking heeft.
5. Het
bestuur stelt een beleidsplan vast en actualiseert dit beleidsplan periodiek.
Het beleidsplan geeft inzicht in de door de vereniging te verrichten werkzaamheden,
de wijze van werving van gelden, het beheer van het vermogen van de vereniging
en de besteding daarvan.
Artikel 15 – De algemene vergadering: bevoegdheid en
jaarvergadering
1. Aan de
algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet
door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2. Jaarlijks,
uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar, wordt een algemene
vergadering - de jaarvergadering - gehouden. In de jaarvergadering komen onder
meer aan de orde:
a. het verslag
van het bestuur over het afgelopen boekjaar;
b. het
voorstel tot het al of niet goedkeuren van de jaarstukken over het afgelopen
boekjaar;
c. het
voorstel tot verlenen van kwijting aan het bestuur;
d. de
benoeming van de leden van de controlecommissie voor het nieuwe boekjaar;
e. de
benoeming van bestuursleden als er in het bestuur vacatures bestaan;
f. voorstellen
van het bestuur of de leden, zoals aangekondigd bij de oproeping voor de
vergadering.
3. Uiterlijk
één maand voor het verstrijken van het boekjaar, legt het bestuur aan de
algemene vergadering de begroting voor het komende boekjaar ter goedkeuring
voor.
Artikel 16 – De algemene vergadering: oproeping
1. De
algemene vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur. Een aantal leden,
samen bevoegd tot het uitbrengen van ten minste een tiende deel van de stemmen,
kan het bestuur schriftelijk verzoeken een algemene vergadering bijeen te
roepen binnen vier weken na dat verzoek. Als het bestuur niet binnen veertien
dagen na ontvangst van dat verzoek de uitnodiging tot de vergadering heeft
laten uitgaan, kunnen de verzoekers zelf de vergadering bijeenroepen. Aan de
eis van schriftelijkheid van het verzoek bedoeld in de vorige alinea wordt ook
voldaan als het verzoek elektronisch is vastgelegd.
2. De
oproeping tot de algemene vergadering vindt plaats door middel van:
a.
een publicatie in het verenigingsorgaan;
b.
een schriftelijk bericht aan de adressen van de
leden volgens het ledenregister. De bijeenroeping kan, als een lid hiermee
instemt, ook plaatsvinden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar
en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door het lid voor dit doel is
bekend gemaakt.
3. De termijn
van oproeping bedraagt ten minste veertien dagen, de dag van de oproeping en de
dag van de vergadering niet meegerekend.
4. Naast de
plaats, datum en tijd van de vergadering, moet de oproeping een agenda bevatten
waaruit blijkt welke onderwerpen aan de orde worden gesteld.
Artikel 17 – De algemene vergadering: toegang en
stemrecht
1. Toegang
tot de algemene vergadering hebben alle niet-geschorste leden van het bestuur
en van de vereniging en de wettelijk vertegenwoordigers van de minderjarige
leden van de vereniging. De vergadering kan besluiten ook andere personen tot
(een deel van) de vergadering toe te laten. Geschorste leden en leden van wie
het lidmaatschap is opgezegd of die uit het lidmaatschap zijn ontzet, hebben
toegang tot dat deel van de vergadering waar het beroep tegen schorsing,
opzegging of ontzetting aan de orde is.
2. Ieder
gewoon lid en ieder erelid heeft één stem. Een geschorst lid heeft geen
stemrecht. Het stemrecht van een minderjarig lid kan alleen worden uitgeoefend
door zijn wettelijk vertegenwoordiger.
3. Een
stemgerechtigd lid kan een ander stemgerechtigd lid volmacht geven namens hem
te stemmen. Deze volmacht moet schriftelijk worden gegeven en vóór de stemming
aan het bestuur worden overgelegd. Aan de eis van schriftelijkheid van de
volmacht wordt voldaan als de volmacht elektronisch is vastgelegd.
Artikel 18 – De algemene vergadering: besluitvorming
1. Voor zover
in deze statuten niet anders is bepaald, wordt een besluit genomen met
volstrekte meerderheid van stemmen van de in de vergadering aanwezige en
vertegenwoordigde leden, ongeacht hun aantal. Blanco en ongeldige stemmen
tellen niet mee voor de besluitvorming, maar tellen wel mee voor het bepalen
van een in deze statuten voorgeschreven quorum.
2. Het in de
vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter over de uitslag van een
stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit,
voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. Wordt
onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter de juistheid
daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats als de meerderheid van de
vergadering of, als de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk
plaatsvond, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe
stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3. Als bij
stemming over de verkiezing van personen bij eerste stemming geen meerderheid
wordt verkregen, dan zal een nieuwe stemming plaats hebben. Als ook dan geen
meerderheid verkregen wordt, zal bij een tussenstemming worden beslist tussen
welke personen zal worden herstemd. Staken de stemmen bij verkiezing van
personen, dan beslist het lot.
4. Als de
stemmen staken over een voorstel dat niet over de verkiezing van personen gaat,
is het voorstel verworpen.
5. Alle
stemmingen vinden mondeling plaats, tenzij de voorzitter of ten minste drie
leden vóór de stemming laat of laten weten een schriftelijke stemming te
verlangen. Schriftelijke stemming vindt plaats bij ongetekende, gesloten
stembriefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk tenzij een lid
hoofdelijke stemming verlangt. Een stemgerechtigd lid kan zijn stemrecht ook
uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel, op voorwaarde
dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden
geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen op de
vergadering en het stemrecht kan
uitoefenen. Het bestuur kan voorwaarden stellen aan het gebruik van het
elektronisch communicatiemiddel. Deze voorwaarden worden bij de oproeping
bekend gemaakt.
6. Een
eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering
bijeen, heeft dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering, als
dit met voorkennis van het bestuur is genomen.
7. Als in een
vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen - mits met
algemene stemmen - geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde
komende onderwerpen, ook al is het onderwerp niet of niet op de voorgeschreven
wijze bij de oproeping aangekondigd of heeft de oproeping niet op rechtsgeldige
wijze plaatsgevonden.
Artikel 19 – De algemene vergadering: leiding en notulen
1. Een
algemene vergadering wordt geleid door de voorzitter van de vereniging.
Ontbreekt de voorzitter, dan wijst het bestuur een ander bestuurslid aan als
voorzitter van de vergadering. Wordt ook op deze wijze niet in het
voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
2. Van het
verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de
voorzitter van de vergadering daartoe aangewezen persoon notulen gehouden, die
door de voorzitter en de notulist door ondertekening worden vastgesteld.
Artikel 20 – Statutenwijziging
1. De statuten
van de vereniging kunnen worden gewijzigd door een besluit van de algemene
vergadering. Wanneer aan de algemene vergadering een voorstel tot wijziging van
de statuten wordt gedaan, moet dat steeds bij de oproeping tot de algemene
vergadering worden vermeld.
2. Degenen
die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel
tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de
vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijziging
woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter
inzage leggen. Dit afschrift moet ter inzage liggen tot na afloop van de dag
waarop de vergadering wordt gehouden.
3. Een
besluit tot statutenwijziging moet worden genomen met een meerderheid van ten
minste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
4. Een
statutenwijziging wordt van kracht onmiddellijk nadat deze in een notariële
akte is vastgelegd. Iedere bestuurder is bevoegd om een statutenwijziging bij
notariële akte vast te leggen. Een authentiek afschrift van de akte van
wijziging en een doorlopende tekst van de gewijzigde statuten moeten worden
neergelegd bij het handelsregister.
Artikel 21 – Fusie, splitsing, omzetting
Op een besluit van de algemene vergadering tot fusie of
splitsing in de zin van titel 7 van Boek 2 Burgerlijk Wetboek en op een besluit
van de algemene vergadering tot omzetting van de vereniging in een andere
rechtsvorm overeenkomstig artikel 2:18 Burgerlijk Wetboek, is het bepaalde in
het vorige artikel zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing, onverminderd
de eisen van de wet.
Artikel 22 – Ontbinding
1. De
vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering,
met een meerderheid van ten minste twee/derde van het aantal uitgebrachte
stemmen. Het in deze statuten bepaalde over een besluit tot statutenwijziging
is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot ontbinding. Bij het
besluit tot ontbinding wordt de bestemming van een eventueel batig
liquidatiesaldo vastgesteld, zoveel mogelijk in overeenstemming met het doel
van de vereniging. Als de vereniging op het tijdstip van haar ontbinding geen
baten meer heeft, houdt zij op te bestaan. In dat geval doet het bestuur
daarvan opgave aan het handelsregister. De boeken en stukken van de ontbonden
vereniging blijven gedurende tien jaren nadat de vereniging heeft opgehouden te
bestaan onder bewaring van de door het bestuur bij het besluit tot ontbinding
aangewezen persoon. Binnen acht dagen na het ingaan van zijn bewaarplicht moet
de aangewezen bewaarder zijn naam en adres opgeven aan het handelsregister.
2. De
vereniging wordt bovendien ontbonden door: - insolventie nadat de vereniging in
staat van faillissement is verklaard of door opheffing van het faillissement
wegens de toestand van de boedel; - een daartoe strekkende rechterlijke
uitspraak in de bij de wet genoemde gevallen.
Artikel 23 – Vereffening
1. Het
bestuur is belast met de vereffening van het vermogen van de vereniging, voor
zover bij het ontbindingsbesluit geen andere vereffenaar(s) is (zijn)
aangewezen.
2. Na het
besluit tot ontbinding bevindt de vereniging zich in liquidatie. De vereniging
blijft na haar ontbinding voortbestaan als en voor zover dit voor de
vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de
bepalingen van de statuten voor zoveel mogelijk en nodig van kracht. In stukken
en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moet ‘in liquidatie’ aan de
naam van de vereniging worden toegevoegd.
3. Een batig
saldo na vereffening krijgt een bestemming die zoveel mogelijk in
overeenstemming is met het doel van de vereniging. Deze bestemming wordt
vastgesteld bij het ontbindingsbesluit, of bij het ontbreken daarvan, door de
vereffenaar(s). De vereffening eindigt op het tijdstip waarop geen aan de
vereffenaars bekende baten meer aanwezig zijn. De vereniging houdt bij
vereffening op te bestaan op het tijdstip waarop de vereffening eindigt. De
vereffenaars doen daarvan opgave aan het handelsregister.
Artikel 24 – Reglementen
1. De
algemene vergadering kan een of meer reglementen vaststellen.
2. Een
reglement kan nadere regels geven over onder meer het lidmaatschap, de
introductie van nieuwe leden, de contributie, de werkzaamheden van het bestuur,
werkgroepen of commissies en de vergaderingen. Een reglement mag niet in strijd
zijn met de wet of met de statuten en mag geen bepalingen bevatten die bij
statuten behoren te worden geregeld.
Artikel 25 – Overgangsbepaling
Het eerste boekjaar eindigt op een en dertig december
tweeduizend twintig Dit artikel vervalt op de dag dat het eerste boekjaar
eindigt.
SLOTVERKLARINGEN
De verschenen persoon, handelend als gemeld, verklaarde ten
slotte:
Eerste bestuur
Het eerste bestuur bestaat uit zeven (7) leden.
In afwijking van de in de statuten voorgeschreven procedure
worden voor de eerste maal tot bestuurslid benoemd:
1. voornoemde heer R.F.A. Arends, als voorzitter;
2. voornoemde heer W.T.M. Wennekes, als secretaris;
3. voornoemde heer H.H.W.G. Stapelbroek, als penningmeester;
4. voornoemde heer G. Reichgelt, als lid;
5. voornoemde heer J.P.C. Peters, als lid;
6. voornoemde heer J. Huijssoon, als lid;
7. voornoemde heer S. van der Vlist, als lid.
Adres
Het adres van de vereniging is Panhuisweg 14, 6603 KE
ALVERNA.
WOONPLAATSKEUZE
Partijen kiezen voor alles wat deze akte betreft woonplaats
op het kantoor van de notaris, bewaarder van deze akte.
BIJLAGEN Aan deze akte zijn de volmachten vastgemaakt.
SLOT
Bekendheid comparanten
De comparanten zijn mij, notaris, bekend en de identiteit
van de bij deze akte betrokken comparanten/partijen is door mij, notaris, aan
de hand van de hiervoor gemelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld, waarvan
akte, in minuut is verleden te Wijchen op de datum in het hoofd dezer akte
vermeld. De inhoud van deze akte is zakelijk aan de verschenen personen
opgegeven en toegelicht. De verschenen personen hebben eenparig verklaard tijdig
voor het verlijden van deze akte een ontwerp daarvan te hebben ontvangen, van
de inhoud daarvan kennis te hebben genomen en op volledige voorlezing daarvan
geen prijs te stellen. Vervolgens is deze akte na beperkte voorlezing door de
comparanten en mij, notaris, ondertekend.